Energie-Blog

André Jurres

Dat onze sector al langer de speelbal is van onze politiek verkozenen is een open deur intrappen en voor een stuk is dat ook heel normaal gezien zij ervoor moeten zorgen dat de juiste keuzes worden gemaakt. Jammer genoeg wordt er te vaak eerst geroepen alvorens men alle feiten op tafel legt. Ook vorige week weer was het prijs, onze sector werd weer een dag onderdeel van een storm en vooral te kijken gezet als Een die inhalig is en baadt in de weelde van grote marges.
Dat men de overigens terechte vraag stelde of het Belgisch systeem van het toekennen van concessies op zee voor windmolenparken niet aan een herziening toe is gaat door diezelfde open deur. Het recente succes in Nederland waar Dong energy en Shell voor record lage bedragen concessies hebben verkregen in Borssele werkt als een rode lap bij onze federale politici. Dat men zich baseerde op een uitgekomen bericht via de VRT is toch iets tekort door de bocht zeker als men refereert naar een rapport van de Creg.
Blijkbaar heeft de Creg op verzoek van haar bevoegde minister Marghem een vergelijking gemaakt van het Nederlandse veiling proces versus het Belgische toekenningsproces. Vervolgens, zoals vaak, wordt het resultaat gebruikt om naar de media te lekken en gaat zo de echte boodschap en reden verloren. Wat zou deze dan zijn? De bevoegde minister wilt leren of men het Nederlandse systeem niet moet overnemen voor de nog toe te kennen parken en dat is een terechte vraag. Het doel van de studie is dus niet om aan te tonen hoeveel meer wij betalen met onze eerste windmolenparken op zee vergeleken met de recent toegekende in Nederland.
Deze vergelijking raakt kant nog wal en hiermee bedoel ik dan vooral de conclusie dat wij teveel zouden betalen. Natuurlijk zal het rekenkundig werk aantonen dat onze eerste parken wellicht duurder uitkomen dan de eerste Nederlandse volgens deze procedure maar dat is geen reden om tot de conclusie te komen dat wij teveel betalen. Indien men deze stelling zou gebruiken dan hebben alle parken van Engeland en Duitsland ook teveel betaald voor hun concessies.
We zitten weer in dezelfde straat als met de zonnepanelen waar men Een facet gebruikt om er vervolgens een niet relevante conclusie aan te koppelen. Zonder de inhoud van de studie in vraag te willens stellen is het wel belangrijk om hier toch de tijd voor te nemen om de berekening na te kijken want bijvoorbeeld de netwerkaansluiting zit in Nederland bij de overheid (de kost hiervan), in België is dat nog niet duidelijk.
Belangrijker is echter dat de echte conclusie kan zijn dat we met windmolenparken op zee steeds goedkoper KWh gaan produceren die we dan ook voor andere doeleinden kunnen inzetten. Hopelijk vergeet men niet dat er nog hele onderdelen ontbreken van onze verduurzaming als we veel op wind op zee blijven inzetten, bv. grootschalige opslag door middel van wind in waterstof om te zetten. Als boutade gebruik ik vaak dat het onze ambitie moet zijn om in de Benelux het Abu Dabi van de toekomst te worden met het maken van onuitputtelijke bronnen van duurzame brandstof zoals bijvoorbeeld met waterstof.
Velen kijken vol ongeloof als ik dergelijke stelling gebruik en wellicht is hij heel ambitieus. Alleen keek men ook zo in 1994 toen ik in de Benelux op conferenties zei dat meer dan de helft van de bevolking een gsm/mobieltje zou hebben. Men dacht toen dat ik teveel Finse wodka had gedronken (wat wel eens gebeurde vermits ik toen bij Telecom Finland werkte) maar de realiteit heeft aangetoond dat ik nog te defensief dacht. Ondertussen is de penetratie van draadloze toepassingen al boven de 100% en spreken we nu van machine tot machine communicatie.
Terugkomend op de heisa is het vooral triest dat men er alles aan doet om het draagvlak voor duurzame energie nog kleiner te maken en dat is vanuit politiek oogpunt moeilijk te begrijpen. Ook in Nederland blijft men worstelen binnen de regering met een echt duurzaam beleid en stelt de staatssecretaris voor milieu mevrouw Dijkstra terecht dat de kolencentrales dicht moeten. Er moet minstens een timing afgesproken worden wanneer ze gesloten worden en ze heeft de ambitie dat minstens Een nu nog gesloten wordt (Amsterdamse Hemwegcentrale).
De desinteresse van haar collega minister Kamp is moeilijk te begrijpen als je tegelijkertijd 9-11 miljard Euro per jaar wilt uitgeven om je energiehuishouding te verduurzamen. Men dient te sturen op CO2/NOX besparing en niet alleen op geproduceerde groene Kwh. De Duitse ervaring leert ons dat ondanks de 90 GW zon/wind die operationeel zijn er zo goed als geen CO2 besparing is geweest. Deze les indachtig weet minister Kamp maar al te goed dat het sluiten van een kolencentrale direct resultaat oplevert door enkele miljoenen tonen CO2 minder de lucht in te spuwen en is zijn weerstand opmerkelijk.
Een ander voordeel van alle kolencentrales versneld te sluiten is dat men stopt met het zinloos verbranden van hout in deze ecologische nachtmerries. Ook in een Frontier studie wordt aangetoond dat het sluiten van deze kolencentrales betekent dat gascentrales hun rol voor een deel zullen overnemen en er dus altijd een belangrijke besparing wordt gerealiseerd. Het is echter weinig waarschijnlijk dat minder dan drie maanden voor de verkiezingen hier nog echte beslissingen in gaan genomen worden. Minister Kamp weet ook goed dat een nieuwe regering waarschijnlijk (lees heel) een andere coalitie zal betekenen en zo dit dossier vanzelf kan verdwijnen. Een gemiste kans.