Energie-Blog

André Jurres

Zoals velen was ik ook weer bij de gelukkigen dit jaar om met het gezin kwaliteit en plezier te hebben in onze vakantie.  Om de ecologische voetafdruk zo klein mogelijk te houden kiezen we steeds meer voor vakanties relatief dicht bij huis zonder het vliegtuig te moeten nemen.  Nu ging de reis naar Normandië en Zuidoost Engeland.

Het mooie van deze regio’s is dat ze veel te bieden hebben en nog niet verpest zijn met hordes toeristen uit het buitenland.  De enige toeristen zijn eigenlijk mensen van het land zelf en zo krijg je ook meer contact met de lokale mensen in plaats van met je eigen landgenoten aan de slag te gaan.

Zelfs op vakantie let ik op de lokale ontwikkeling van duurzame vormen van energie en hier zag ik wel een groot verschil tussen Frankrijk en Engeland. Waar je in Normandië bijna niks zag aan duurzame toepassingen en op het strand in Engeland het ene na het andere grote windmolenpark op zee en velden zonnepanelen zag staan.

Dat onze Franse vrienden zich kunnen wentelen in een overschot aan kernenergie zal er wel iets mee te maken hebben gezien deze geen CO2 uitstoten en zij zo hun doelstellingen qua uitstoot gemakkelijker kunnen halen.  Natuurlijk staan er in Frankrijk ook grote zonneparken in het zuiden, maar je merkt dat het toch minder verspreid is door gans het land.

Terugkerend patroon is dat tijdens de vakantieperiode opvallend vaak aandacht voor het thema energie is. Dat heeft wellicht te maken met beslissingen die de diverse regeringen net voor hun vakantie nog nemen en anderzijds met de spreekwoordelijke komkommertijd die dan is aangebroken en wat meer tijd geeft voor inhoudelijke onderwerpen.

Aandacht voor onze sector kan nooit kwaad, maar jammer genoeg betekent dit niet dat de snelheid van vooruitgang voldoende is.  Nu 2020 bijna daar is, wordt het wel duidelijk dat landen als België en Nederland hun doelstellingen moeilijk of helemaal niet gaan halen.  Dat beide landen dan boude uitspraken doen over 2030 lijkt me op z’n zachts gezegd toch heel optimistisch.

Iedereen weet dat als je de doelstellingen van 2020 met afstand niet haalt, deze van 2030 nog moeilijker te realiseren worden gezien deze nog vele malen hoger zijn.  Zonder flankerende maatregelen die echt gaan ingrijpen in onze samenleving gaan we de rest van het fruit in de boom niet binnenhalen.

Het laaghangend fruit is zeker nog niet weg, alleen vergen deze politieke moed en het recente stookolie debacle heeft al aangetoond dat zelfs dit moeilijk wordt. En toch zijn wij op goede weg om veel nieuwe technologieën te introduceren die op hun beurt wel het verschil kunnen maken. 

Of het nieuwe opslag is met batterijen, brandstoffen zoals waterstof of slimme IT-toepassingen, het draagt allemaal bij aan deze omslag en innovatie is onze beste garantie om keuzes te krijgen die wel realistisch zijn.  Net zoals begin jaren veertig toen Oppenheimer de opdracht kreeg om de A-bom te ontwikkelen of begin jaren zestig toen Von Braun de opdracht kreeg om een mens op de maan te zetten waren beide gestoeld op een geloof in innovatie.

Het is dan ook jammer dat de diverse overheden terecht veel middelen inzetten voor de ontwikkeling van zon en wind in de diverse landen, maar te weinig middelen besteden aan de uitdaging van de mensheid voor een innoverende toekomst; te weten een duurzame samenleving.  De budgetten die destijds nodig waren in de jaren veertig en zestig hebben we nu weer nodig.  Deze oorlog kunnen en mogen we niet verliezen, want het klimaat geeft op dit vlak geen ruimte.  De generaties na ons hebben recht op een leefbaar, schoon en mooi klimaat en hiervoor moet de huidige generatie zorgen.

Laat ons deze weken natuurlijk vooral ook genieten van het mooie dat de natuur en de zon ons elke dag weer schenken; veel plezier allemaal!